Als een schuldenaar failliet is verklaard kan hij in hoger beroep of in verzet tegen de faillietverklaring. Verzet staat open voor een schuldenaar die niet is verschenen en daardoor niet is gehoord op het faillissementsverzoek. Hoger beroep staat open voor de schuldenaar die wel is verschenen en gehoord in de procedure. Voor verzet en hoger beroep geldt een termijn van 8 dagen nadat de faillietverklaring is uitgesproken. Als een schuldenaar bij verstek failliet is verklaard en zich in het buitenland bevindt op het moment dat hij failliet wordt verklaard, geldt een termijn voor verzet van een maand.
De vereisten om het faillissement te vernietigen verschillen bij verzet en hoger beroep.
Hoger beroep
Bij de beoordeling van het hoger beroep houdt het Hof rekening met alle op het moment van de uitspraak in hoger beroep bestaande feiten en omstandigheden, ook als deze op het moment van de faillietverklaring zelf nog niet bestonden. Dat wordt een toetsing “ex nunc” genoemd. De schuldenaar moet in hoger beroep aantonen dat niet summierlijk blijkt van het bestaan van feiten en omstandigheden die aantonen dat de schuldenaar in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen (artikel 1 lid 1 en artikel 5 lid 3 Faillissementsbesluit 1931).
Dus zelfs als de vordering van de aanvrager van het faillissement is voldaan, betekent dat niet dat het faillissement in hoger beroep eenvoudigweg zal worden vernietigd. Het Hof zal onderzoeken of er meer schuldeisers zijn en of die zijn voldaan. Als er meer schuldeisers zijn en als die niet worden betaald dan zal een faillissement in hoger beroep in beginsel niet worden vernietigd.
Verzet
Voor een geslaagd verzet is het voldoen van de vordering van de aanvrager of het treffen van een betalingsregeling met de aanvrager in beginsel voldoende.
De Hoge Raad heeft op 5 juni 2015 (ECLI:NL:HR:2015:1473) overwogen:
“Het rechtsmiddel van verzet heeft de strekking dat het geding waarin verstek was verleend, op tegenspraak in dezelfde instantie wordt voortgezet. Het biedt de gedaagde die niet was verschenen en daardoor zijn belangen bij de rechter niet kon verdedigen, daartoe alsnog de gelegenheid, hetgeen strookt met het beginsel van hoor en wederhoor (…). Met die strekking van het rechtsmiddel van verzet en met de ingrijpende gevolgen die een faillietverklaring heeft, verdraagt zich niet dat de schuldenaar die zich tegen de bij verstek uitgesproken faillietverklaring wenst te verzetten, bijvoorbeeld met de stelling dat de vordering van de aanvrager niet of niet langer bestaat – welke stelling, indien juist, die aanvrager de bevoegdheid ontneemt het faillissement uit te lokken – bij dat verweer geen baat meer kan hebben.”
Als een verzet tegen een faillissement is afgewezen, dan staat hoger beroep tegen die uitspraak ook nog open.
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft in een uitspraak van 30 juli 2024 (CUR2024H00147) een faillietverklaring vernietigd. Tijdens het faillissement hebben derden de vorderingen van de aanvrager van het faillissement, de steunvorderingen en de schuldeisers die tijdens het faillissement een vordering ter verificatie hebben in gediend voldaan en/of regelingen met de schuldeisers getroffen. Overeengekomen was dat daartegenover geen vorderingsrechten van die derden op de schuldenaar zouden ontstaan. Daardoor bleek volgens het Hof niet meer summierlijk van het bestaan van feiten en omstandigheden die aantonen dat de schuldenaar verkeert in een toestand dat hij heeft opgehouden te betalen en dat de schuldenaar een financieel gezonden onderneming was.
Wij adviseren u graag als u vragen heeft over insolventie of faillissement.